Afdrukweergave Mail deze link naar een bekende

Wolhandkrab

chinese wolhandkrab

Met z'n pantser van ruim 7 cm en z'n vrij lange poten is de Chinese wolhandkrab (Eriocheir sinensis) veruit de grootste krabbensoort in de zoete en brakke wateren van Nederland.

De schaarpoten van deze krab zijn sterk ontwikkeld en de palm van de scharen is dicht behaard; vandaar de naam wolhandkrab.
Kenmerkend zijn de vier stekels tussen de ogen. Het rugschild is bijna vierkant (iets breder dan lang) en is grijsgroen tot donkerbruin van kleur. Aan de zijkant zitten vier tanden; de achterste twee vallen weinig op.

Volwassen Chinese wolhandkrabben wegen meestal tussen 80 en 200 gram, met uitschieters tot een halve kilo.


Trek naar zee

Om te paaien trekt de wolhandkrabben in het najaar van zoet water richting zee. Ze paren in de winter in het brakke water van riviermondingen en in zoete wateren. Daarna trekken de vrouwtjes de zee in. Eén vrouwtje produceert, afhankelijk van de grootte, een legsel van 250.000 tot 1.000.000 eieren.

De mannetjes sterven na de paring; de vrouwtjes sterven na het uitkomen en loslaten van de larven.

De eieren komen uit in het voorjaar, vooral in april-mei.. De nog jonge wolhandkrab zoekt vervolgens het zoete water weer op. Binnen twee tot vijf jaar wordt de krab volwassen, waarna de trek naar zee weer kan beginnen.


Herkomst

De Chinese wolhandkrab kwam van oorsprong alleen voor in de rivieren en kustwateren van Noord-China en Korea. Een eerste melding van Chinese wolhandkrabben buiten het oorspronkelijk leefgebied is in Duitsland (1912). Daarna is de soort in een groot aantal landen aangetroffen. Omdat in Europa de verschillende stroomgebieden intensief met elkaar zijn verbonden door kanalen, vond de Chinese wolhandkrabben makkelijke routes om snel een groot gebied te koloniseren.

In 1931 is in Nederland de aanwezigheid van de Chinese wolhandkrab voor het eerst met zekerheid vastgesteld. De Chinese wolhandkrab is tegenwoordig wijdverspreid in Nederland. De krab is vooral te vinden in de grote rivieren en in allerlei wateren in de kustprovincies. Hoe dichter bij zee, hoe meer krabben.


Voedsel

De Chinese wolhandkrab voedt zich afwisselend met waterplanten en dierlijk materiaal. Wel hebben ze een duidelijke voorkeur voor dierlijk voedsel, vooral voor kleine mosselsoorten.

Vaak eten de krabben vis die in netten van beroepsvissers terecht is gekomen, of kadavers van vis die aan een ziekte zijn overleden. Ook sterk verzwakte vissen kunnen ten prooi vallen aan wolhandkrabben.


Schade

Bekend is dat Chinese wolhandkrabben soms problemen veroorzaken bij waterinlaten van elektriciteitscentrales en andere industrieën. Door de grote aantallen krabben raken roosters, pijpen, kleppen en dergelijke verstopt.

Ook veroorzaken de krabben schade aan oevers doordat ze gangen graven. Dat doen de wolhandkrabben op het moment dat ze gaan vervellen. Het nieuw pantser is aanvankelijk zeer week en de dieren graven zich in ter bescherming.

Beroepsbinnenvissers wijzen ook op een andere schade: de consumptie van eieren door wolhandkrabben heeft een negatief effect op de vispopulaties. Ook vermoeden zij concurrentie om voedsel met inheemse schaaldieren en vissoorten die van bodemorganismen leven.


Aantrekkelijke neveninkomsten

Voor de beroepsbinnenvisserij biedt de wolhandkrab nieuwe economische kansen. De wolhandkrab is een delicatesse in de Chinese keuken. Door de grote vraag, de overbevissing en sterke vervuiling van de Chinese rivieren is de natuurlijke productie van wolhandkrab in China veel te klein om aan de vraag te kunnen voldoen.

De internationale prijs is door de grote vraag zo sterk gestegen, dat het ook voor Nederlandse vissers in toenemende mate interessant is om Chinese wolhandkrabben op de markt te zetten. De visserij op de wolhandkrab biedt palingvissers aantrekkelijke neveninkomsten.

Wolhandkrabben worden kleinschalig en dagvers aan land gebracht, en worden meestal verkocht aan Nederlands-Chinese of -Vietnamese handelaren. Deze handelaren leveren ze aan Chinese en Vietnamese restaurants en winkels in Nederland en elders in Europa.


Aangepaste aalvistuigen

De wolhandkrab wordt met reguliere aalvistuigen gevangen. In september, oktober en november, wanneer de wolhandkrabvangsten het hoogst zijn, geldt echter een verbod op het gebruik van aalvistuigen. Dit is een van de maatregelen van het Nederlandse aalbeheerplan ter verbetering van de aalstand.

In 2010 is gestart met experimentele visserij op wolhandkrab met aangepaste aalvistuigen, waarbij de paling kan ontsnappen. Vissers mogen nu tijdens het palingvisserijverbod op wolhandkrab blijven vissen, mits ze gebruik maken van aangepaste aalfuiken en een controleovereenkomst afsluiten. (zie nieuwsbericht Vissers kunnen op wolhandkrab blijven vissen)


Op de menukaart

In Europa wordt de Chinese wolhandkrab niet of nauwelijks gegeten, behalve door Chinezen en Koreanen. In China worden de wolhandkrabben als een ware delicatesse beschouwd. Liefst gestoomd, omdat dan de unieke smaak en geur het beste tot hun recht komen.

Niet alleen het witte vlees van de krab wordt gegeten, maar ook het 'bruine vlees', dat eigenlijk de voortplantingsorganen en een deel van het verteringsstelsel van de krab is.

In Vietnam worden ze met een hakmes of bijl in vier stukken gehakt, en met wat groenten gewokt. Daarna worden ze misschien uitgepeuterd of leeggeslobberd, of de smurrieachtige substantie ontsnapt vanzelf uit de pantsers en mengt met de groenten.



Voornaamste bronnen:
* Chinese wolhandkrab. Een literatuurstudie naar ecologie en effecten. Samenstellers: ir. D.M. Soes, drs. P.T. van Horssen, drs. S. Bouma, drs. M.T. Collombon. December 2007. Uitgever: Rijkswaterstaat-Waterdienst, Lelystad
* www.foodlog.nlwww.foodlog.nl: website met verhalen over eten en wat je ervan wilt weten



Naar recepten met wolhandkrab

Naar lijst verkoopadressen verse wolhandkrab

Lees ook:
- Marktkanseo voor de wolhandkrab (nieuwsbericht, 29 augustus 2012)
- De wolhandkrab, een Hollandse exoot; Een marktverkenningDe wolhandkrab, een Hollandse exoot; Een marktverkenning. LEI-rapport 2012-006.
Auteurs: Bakker, T. en W. Zaalmink. 38 pagina's. Download het rapport (pdf-bestand, 1,6 mb)

 



Met dank aan visserijbedrijf Timmerman (GM 57) uit Genemuiden voor gebruik van de foto.